Telefoongesprek met Lucebert over de royalties voor de bloemlezing Poëzie is kinderspel.1
Opname: augustus 1968.
Opname: augustus 1968.
Deze opname bevat een ‘stotterade’ van 5½ minuut uit augustus 1968 waar Cornets de Groot naar verwijst in zijn eerste brief2 aan Lucebert. ‘Met m’n telefoonfobie,’ schrijft hij daar, ‘lijkt ’t me maar het veiligst u even te schrijven.’ En: ‘Daarom durf ik geen telefonische stotterade aan, want dat gaat ’t – alle moed ten spijt – toch worden, als ik u voor uw aan m’n schrijverij bestede aandacht dank zeg.’
- Zie Poëzie is kinderspel. Zie ook brief 51 uit de correspondentie met uitgever Bert Bakker sr. over de kwestie. [↩]
- Zie de briefwisseling met Lucebert. [↩]