Debriefing Deleuze’s ‘Verschil en herhaling’

Omslag Nederlandse uitgave

Afgelopen week las ik deze reus uit, samen met een leesgroep van Filosofie voor het Leven en gesteund door verhelderend commentaar van Henry Somers-Hall (het boek rechts). Anderhalf jaar lang las ik, in een tempo van vijf bladzijden per uur, een bladzijde of tien, die we dan wekelijks met elkaar tijdens online bijeenkomsten bespraken. Om mezelf en mijn leesgenoten te kunnen debriefen, stelde ik een vragenlijstje op, gebaseerd op wat ik me nog herinnerde van de literatuurtentamens op de middelbare school. Hier volgen ze met mijn antwoorden: 1. Waar gaat Verschil en herhaling over? Probeer dit zo kort mogelijk te formuleren, liefst in dertig woorden. Dat lijkt weinig, maar dan kom je tot wat voor jou de essentie is. Verschil en herhaling probeert in de filosofie de activiteit van het denken als zijn eerste en misschien enige voorwaarde op te vatten, door elke op een afleiding gebaseerde grond (identiteit, tegenstelling, analogie of gelijkenis) af te wijzen. 2. Met welk inhoudelijk doel zou je zeggen dat Deleuze het boek heeft geschreven (afgezien van het praktische doel om te promoveren)? Zie het antwoord op 1: misschien met het doel om aan filosofie een nieuwe toekomst te verschaffen door af te rekenen met …

Lees meer

Hoe onwaarneembaar worden?

Over Zie de mens van Toneelgroep De Appel Wat moet een Nietzscheaan bij een voorstelling over opkomst en ondergang van Jezus? Alles natuurlijk – Nietzsche zelf schreef een boek getiteld Ecce homo – hoe men wordt, wat men is. Hij deed dat vlak voor zijn zusammenbruch, als laatste teken van zijn werkzame leven, met de bedoeling om over zijn motieven geen misverstand te laten bestaan. ‘Luister!’ zegt hij op de eerste bladzijde, ‘die-en-die ben ik. Verwar mij in geen geval met iemand anders!’ Op de ets van Rembrandt wordt Jezus, gehuld in lendendoek en met doornenkroon op zijn hoofd, door Pilatus aan het volk voorgesteld met die afgrondelijke woorden ‘Ecce homo – zie de mens’. Aangewezen worden, uitverkoren te zijn, temidden van een menigte te staan die jou aankijkt en die je niets anders kunt presenteren dan jezelf-zoals-je-bent, in je naaktheid, je laatste masker dat samenvalt met je diepste geheim: het is het sublieme moment bij uitstek. Een camerabeweging die door alle kaders heenbreekt, alle vormen verplettert, alle schoonheid tenietdoet. Nee, een aansprekend idee vind ik het niet, hoe mooi de ets ook is. Maar die is mooi omdat hij zo huiveringwekkend is, en Rembrandt hem ook zo heeft gemaakt. Rudi Fuchs …

Lees meer

Bij het nieuwe jaar

      Epiloog Vergeet het jaar dat u weemoedig maakt, Vergeet het jaartal dat u heeft doen beven, Vergeet de helden die voor ’t voetlicht sneven, Vergeet het ziekbed waar gij hebt gewaakt. Niets is er dat niet in ’t vergeetboek raakt, Waar zichtbaar slechts het jaar staat opgeschreven Waarin wij fel en onnadenkend leven, Zoodat men opgelucht het blaad’ren staakt. Maar and’ren willen, dat men ’t jaar omarmt Als een geliefde van wie men gescheiden Ter lange loutering door ’t noodlot is. En wie zich zóo over het jaar erbarmt Vergeet zijn angst en zijn bekommernis En vindt een goudmijn in de nacht der tijden. (S. Vestdijk, uit: Verzamelde gedichten deel II, Amsterdam Den Haag, 1971, p. 83). Op oudejaarsnacht, een paar uur in het nieuwe jaar, kwam dit gedicht me via de Facebookpagina van Vestdijk onder ogen. Het is, zoals de titel al uitdrukt, het laatste van een cyclus van twaalf gedichten getiteld ‘Rondgang door het jaar’, waarin de twaalf maanden van het jaar worden beschreven, plus deze afsluiter, uit de Gestelsche liederen (1949). Allereerst werd ik getroffen door die speciale Vestdijkhumor, die een extreem standpunt relativeert door die in een tegenovergestelde vorm uit te drukken. Ik bedoel de viervoudige waarmee …

Lees meer