Over de geest die niet wil transigeren

Afbeelding Thieme met citaat over inperking van rechten van kerken

Volgens de NOS is de Partij voor de Dieren een van de partijen – samen met FvD en 50Plus – met de minst trouwe aanhang. De reden laat zich raden: gerommel in de partijen, coups en tegencoups. Bij de PvdD kwamen er een voorzitter en een kamerlid die de partij wilden ‘verbreden’: een grotere aanhang bezorgen door water bij de wijn te doen. De voorzitter werd geroyeerd, het kamerlid splitste zich af, en de kiezer krabt zich nog eens achter het oor. Het idealisme van de partij zou kiezers moeten engageren, maar zo zie je wat oneigenlijke pogingen om de kiezersgunst te winnen per saldo opleveren. En dat terwijl juist de onverzettelijkheid, het ‘anticompromisme’ van de partij op haar achterban zou moeten afstralen.

Een ander probleem dat de partij parten speelt, is de kwestie van de zevendedagsadventisten, een genootschap dat de partij veel aanhang oplevert en waartoe oprichters Marianne Thieme en Nico Koffeman behoren. Ik heb geen moeite met de adventisten noch met hun eventuele invloed; het gaat er minder om waar je inspiratie vandaan haalt dan wat je met die inspiratie doet, en vaak genoeg leidt juist gebrek aan inspiratie tot de behoefte om beslag te leggen op het eigen gelijk en de wereld daarmee in overeenstemming te brengen, kortom tot fanatisme. Dat zie je aan sommige verlichte atheïsten, maar ook aan orthodox gelovigen die naar de letter leven en niet naar de geest.

Maar verbreding is al niet veel beter. Inspiratie veronderstelt integriteit, een kracht die eenheid tot stand brengt tussen voelen, denken, handelen en leven. Zodra je verbreedt, valt dat uit elkaar. Op die manier groeien is geen groei, maar aanwas, vertroebeling, revisionisme… Het streven is niet om zuiver te blijven, maar je niet door de buitenwacht van je pad af te laten brengen. Groeiend verzet, daar gaat het om.

In dit artikel van Nieuwsuur wordt gesteld ‘dat de partij afwijkt van andere links-progressieve partijen als het gaat om de invoering van een mondkapjesplicht (tegen) en de donorwet (tegen).’ Dat treft want daar ben ik ook tegen. Esther Ouwehand is er in het artikel in elk geval duidelijk over: de partij voert geen religieuze koers.

Onze lijn is altijd seculier en dat blijft zo. Dus er is geen adventistische invloed op onze standpunten of op ons verkiezingsprogramma. We waren seculier, we blijven seculier en ik ben niet gelovig.

Dat laatste is voor mij geen geruststelling. Integendeel, ik ben op voorhand geneigd om te zeggen: liever een adventist in de partij dan iemand die zoekt naar verbreding. Want daarmee blijft de partij kwetsbaar voor krachten die met haar idealen aan de haal willen gaan. Daar neigt ook Ouwehand toe, die formeel uitspreekt te willen regeren, en die in een stijgend aantal zetels extra capaciteit ziet om inhoudelijk te verbreden. Maar die werdegang kennen we al van GroenLinks en de PvdA. Of neem Van Kooten-Arissen, die voor haar politieke ambities nauwelijks een programma nodig lijkt te hebben. Aan de andere kant zijn het juist Koffeman en Thieme die het strengst vast willen houden aan de idealen van de partij.

Toch de vraag: wat willen de zevendedagadventisten, waar bestaat het genootschap uit? Volgens het Nieuwsuurartikel is het ‘een protestants kerkgenootschap dat leeft volgens de wetten van het Oude Testament, en dat abortus en het homohuwelijk afwijst.’ Dat klinkt nogal CU/SGP, maar zou het niet logisch zijn als de Partij voor de Dieren, die opkomt voor kwetsbaar leven, abortus ook afwees? Maar de partij kiest voor onafhankelijkheid en autonomie van vrouwen. Daaruit blijkt dat emancipatie – het Latouriaanse ‘stem geven aan wat geen stem heeft’ – voor de partij van meer gewicht is dan puur behoud van leven. Er is een reflex, ook bij mij, om in te grijpen wanneer een moeder zich tegen haar kind keert, alsof het om een aberratie, een vergissing gaat, terwijl hier natuurlijk geen instantie meer tot oordelen bevoegd is dan zij. Zolang het kind zich niet zelfstandig van zijn moeder kan ‘emanciperen’, moet ook zijn bestaansrecht nog van haar afhankelijk worden gesteld…

Wat het homohuwelijk betreft: misschien heeft de SGP gelijk en staat het huwelijk in dienst van het kind, maar ik kan me voorstellen dat ook homo’s behoefte hebben aan formalisering van hun relatie voor de wereld, net zoals hetero’s, die ook niet altijd kinderen hebben of willen. Hoe dan ook is de partij voor het homohuwelijk en hebben de zevendedagsadventisten zich volgens Wikipedia sterk uitgesproken tegen geweld jegens de lhbti-gemeenschap wereldwijd:

Om het geestelijke, emotionele, sociale en fysieke welzijn van homo- en biseksuele en transgenderistische zevendedagsadventisten te ondersteunen, werd in 1976 de internationale organisatie Zevendedags Adventisten Kinship Internationaal (ZDA Kinship) opgericht.

Is dit nou geen voorbeeld van schipperen, van ’transigeren’ zoals Menno ter Braak dat noemde: wel steun geven aan de homogemeenschap, maar hun het heilig sacrament, waarmee hun verbintenis ook hierboven rechtsgeldig wordt, ontzeggen? Maar deze opstelling is niet alleen kenmerkend voor deze kerk, maar ook voor de partij. Ze is gebaseerd op de erkenning van het verschil tussen denken en doen. Zouden de adventisten zich alleen door hun principes laten leiden, dan zouden ze zich afkeren van de lhbti’ers. Op dezelfde manier zegt de PvdD dat het al heel mooi is wanneer een vleeseter besluit om één dag in de week geen vlees te eten. Je hoeft niet in één klap perfect te zijn; het gaat erom praktisch te zijn. De idealen van de Partij voor de Dieren liggen niet in een ver verschiet, zoals de socialistische heilstaat, de hemel op aarde of zelfs de democratisering van D66. Je kunt er elke dag op allerlei manieren in meer of mindere mate uitdrukking aan geven.

Nico Koffeman is een case in point. Hem wordt verweten een opportunist te zijn, omdat hij belangen had in De Vegetarische Slager en inmiddels in de opvolger daarvan, Those Vegan Cowboys, terwijl hij voor de partij in de Eerste Kamer zit en die belangen daar direct kan behartigen. Maar wat is daar mis mee? Van opportunisme zou m.i. sprake zijn wanneer hij aandelen Unox of Stegeman zou hebben (hoewel die inmiddels ook wel op de duurzame vegatoer zullen zijn). Bovendien zijn alle senatoren werkzaam in de maatschappij: ‘Eerste Kamerleden stemmen geregeld over wetsvoorstellen waar ze belang bij hebben vanwege hun nevenfunctie,’ staat er op Wikipedia. Het wordt verdedigd met het argument ‘dat het goed is als geluiden uit de samenleving, via nevenfuncties, in de Eerste Kamer doordringen.’

Kortom, Koffeman gelooft in zijn idealen en verdient er geld mee, dat wil zeggen: hij voegt de daad bij het woord, heeft een praktische manier gevonden om die idealen aan de man te brengen en is bereid daarvoor risico te lopen. Geld verdienen aan je idealen: kan het beter? De meeste mensen verdienen geld met werk waar ze geen enkele band mee hebben.

Samenvattend: geen ideologische zuiverheid, ook geen verbreding, maar praktische politiek, vanaf de kleinste schaal (thuis, in de supermarkt) tot de grootste: het PvdD-gedachtegoed als vierde stroming en als wereldbeweging met zusterpartijen in allerlei landen.

Portret Multatuli

Hou vast aan je idealen! riep Marianne Thieme keer op keer, zoals ze in haar befaamde epifoor ook hamerde op het beëindigen van de bio-industrie. Die vasthoudendheid lijkt me bij uitstek een voorbeeld van bezieling door inspiratie, al dan niet door God ingeblazen. Voor het laatste Multatuli Jaarboek schreef ze een mooi stuk waaruit een grote bekendheid en affiniteit met Multatuli’s werk spreekt. Onder meer laat ze er in zien wat het verschil is tussen godsdienst en geloof:

Boeren van christendemocratische huize die op zondag Gods genade wasemen, zijn op maandag de trotse eigenaar van tienduizenden varkens die worden gehouden op een wijze die Gods geboden aan ale kanten schendt.

En ze vervolgt:

Dat Multatuli ook oog had voor de stemlozen, het lot van de dieren, blijkt uit Idee 484, waarin hij getuigt van het levend eten van konijnen op de Amsterdamse kermis: “En by ’t passeeren van die arme dieren, mompelde ik een gebed om vergiffenis voor ’t binnengaan.” De volgende ochtend schreef hij er een brief over aan de hoofdcommissaris van politie en de officier van justitie (idem p. 234). Deze dierenliefde die hem tot actie aanzette, is exact dezelfde liefde die heden ten dage nodig is om de strijd aan te gaan met de politiek zo goed georganiseerde vee- en vleesindustrie.

Integriteit wil zeggen eenheid van denken en doen, onder erkenning van het verschil tussen die twee. Tegenover integriteit staat niet een praktische toepassing van principes, maar de uitverkoop van die laatste onder het mom van verbreding. Onder Thieme was de partij de enige erfgenaam van de aloude PSP, en van de geest die niet wil transigeren. Het valt te hopen dat dit zo blijft.


Bij de verkiezingen van 2017 gaf ik Zes negatieve stemadviezen en één positief.
In 2009, toen ik de PvdD net had ontdekt, schreef ik een stemadvies c.q. -verklaring in twee delen: deel 1 en deel 2.