De eeuwige terugkeer van het verschil

Over Perfect Days (Wenders, 2024)

Deze nieuwe flm van de maker van Anselm, die nog steeds in roulatie is, is geen film over Sisyphus (Filmkrant), of over volhouden terwijl je eigenlijk wil opgeven (Groene) maar over hoe het nauwgezet onderhouden van een routine je met het leven kan verzoenen, zodanig zelfs dat je – in het land van de rijzende zon – uitkijkt naar de nieuwe dag, die weer hetzelfde zal brengen als de dag ervoor. Of toch iets anders? Is een schaduw die een andere overlapt niet donkerder?

Prachtfilm.

In den Wolken

Over Triangle of Sadness (Ruben Östlund, 2022)

Triangle of Sadness, een film die vanaf de titel alles op zijn kop zet: het is lang geleden dat ik in de zaal zo uitbundig gelachen heb. Subtiele humor is het niet, de realiteit moet ervoor worden afgevlakt totdat er stereotypen overblijven: ‘de’ modewereld, de Russische oligarch, de Britse wapenhandelaar, de Duitse idealiste die geschrokken van de eigen geschiedenis alleen nog ‘In den Wolken’ kan uitroepen. In deze allegorie vertegenwoordigen ze samen het rijke Westen (of Noorden) dat op een stuurloos luxejacht eerst aan eigen decadentie en vervolgens aan terrorisme ten onder gaat.

Op het onbewoonde eiland, waar een dwarsdoornede van de opvarenden aanspoelt, rest alleen nog het natuurrecht. De enige die in moreel opzicht standhoudt, is Yaya, de influencer die aan het begin van de film haar eigen manipulatieve gedrag erkent en die, al is het via selfies, zichzelf als enige in de ogen durft te kijken. Ze voelt zich niet te goed voor het personeel op de boot, maar laat zich evenmin met een Rolex omkopen. Wel heeft ze twijfels bij het concept ‘echte liefde’ van haar vriend, maar naar later blijkt is dat niet ten onrechte. En zij is het ook die de weg terugvindt naar de ‘beschaafde wereld’, al is het onduidelijk of ze die overgang overleeft. (Wrang is dat de actrice in kwestie, Charlbi Dean, eerder dit jaar op 32-jarige leeftijd onverwacht overleed).

Als geheel is Triangle of Sadness een karikatuur van de verhoudingen in de wereld. Veel diepgang heeft de film dus niet, maar maatschappijkritiek is ook niet de inzet van de film. Eerder biedt die een legitimering voor een doldwaze komedie met tot clichés gestolde ideeën over de wereld. De ‘sadness’ uit de titel zit hem dan hierin, dat we aan het eind weer terug zijn bij het begin, of dat nu de lift terug is naar de beschaving, of de natuurstaat waar we buiten die beschaving op terugvallen.

PS Over Östlunds film Turist uit 2014 schreef ik hier aanmerkelijk minder positief.

Het wonderbeeld van een film

Over Entre deux mondes (Carrère)

Affiche

In de Filmkrant staat een goeie recensie door Joost Broeren-Huitenga van deze film, die ook volgens mij niet in de eerste plaats gaat over de uitbuiting van het ‘precariaat’, maar over de problematische positie van de undercoverjournalist.

Solidariteit, voor een schrijver, is strijden voor de massa met wapens die de massa zelf niet heeft, maar als dat begint met doen alsof je zelf tot die massa behoort, pleeg je direct al verraad. We hebben tegenwoordig een politieke partij voor dieren en er zijn fora waarin zeeën en rivieren stemrecht hebben, maar het streven moet niet zijn om anderen te vertegenwoordigen, om namens iemand het woord te voeren. Mensen moeten voor zichzelf spreken en zichzelf blijven.

𝘪𝘬 𝘣𝘦𝘯 𝘥𝘦 𝘴𝘵𝘦𝘮 𝘥𝘪𝘦 𝘨𝘦𝘦𝘯 𝘴𝘵𝘦𝘮 𝘨𝘦𝘦𝘧𝘵
𝘢𝘢𝘯 𝘸𝘢𝘵 𝘢𝘭 𝘳𝘦𝘦𝘥𝘴 𝘴𝘵𝘦𝘮 𝘩𝘦𝘦𝘧𝘵
𝘮𝘢𝘢𝘳 𝘥𝘪𝘦 𝘰𝘱 𝘦𝘦𝘯 𝘱𝘪𝘫𝘯𝘭𝘪𝘫𝘬 𝘻𝘸𝘪𝘫𝘨𝘦𝘯
𝘩𝘦𝘵 𝘸𝘰𝘯𝘥𝘦𝘳𝘣𝘦𝘦𝘭𝘥 𝘷𝘢𝘯 𝘦𝘦𝘯 𝘸𝘰𝘰𝘳𝘥 𝘭𝘦𝘨𝘵

schrijft Lucebert (in ‘mijn gedicht’).

De film is gebaseerd op een boek van onderzoeksjournalist Florence Aubenas. Volgens de Filmkrantrecensie begaat regisseur Carrère dezelfde fout als het boek: ‘Ook hij en [hoofdrolspeelster] Binoche komen slechts voor even invliegen in deze levens,’ en hij verwijt de film dat die het perspectief van de undercoverjournalist kiest. Maar dat is niet waar. Wanneer Binoche in de slotscène weer teruggaat naar haar geprivilegieerde bestaan en haar zgn. vriendin op de veerboot achterlaat, blijft de camera bij de laatste en haar collega hangen totdat de aftiteling verschijnt. Dat is hier het verschil tussen het boek en de film: het boek kan uiteindelijk niet anders dan een vrijblijvende oefening in solidariteitsbetrachting zijn 𝘰𝘷𝘦𝘳 𝘥𝘦 𝘩𝘰𝘰𝘧𝘥𝘦𝘯 𝘷𝘢𝘯 𝘥𝘦 𝘣𝘦𝘵𝘳𝘰𝘬𝘬𝘦𝘯𝘦𝘯 𝘩𝘦𝘦𝘯; de film legt op die wond zijn wonderbeeld.

Celluloid Lilith

Over The worst person of the world (Joachim Trier)

Haar naam is een vingerwijzing: Julie (Renate Reinsve) is de laatste incarnatie van Lilith, Adams eerste vrouw. Afkerig van het huwelijk, ombrengster van kinderen, valt er met haar niets aan te vangen: zij is allesbehalve de eerste in een lange reeks, zoals Eva. Haar belang ligt niet in een uitbreiding van zichzelf, maar uitsluitend in het moment, in tijd als gebeurtenis ipv continuïteit.

Hoe deze vrouw, die de totstandkoming van de kleinste sociale eenheid – en daarmee de sociale orde als geheel – bedreigt en ondermijnt, te temmen? Aan banden te leggen?

De film stelt daartoe twee methoden voor: 1) maak haar zwanger, zodat ze gedwongen wordt om zich aan de eisen van het leven te onderwerpen; 2) laat haar geliefde sterven, zodat ze voelt wat dat leven waard is.

Beide pogingen mislukken. Waarom? Omdat zij, als Lilith-figuur, nu eenmaal niet tot verandering in staat is, aangezien haar daarvoor de tijd ontbreekt. Haar tijdvenster blijft beperkt tot het moment waarop alle levensstromen bij elkaar komen en uitmonden in een feest. Daarin is ze op haar plek – totdat ze het genoeg vindt en het abrupt tot een eind komt, zoals alles in deze film ten slotte tot een eind komt.

Is zij daarmee ’the worst person of the world’? Alleen voor wie belang heeft bij voortzetting van de status quo, bij het creëren van vormen en dynastieën die bestand zijn tegen de tijd. Lilith is het element dat afkapt, de tijd stilzet (zoals ook letterlijk gebeurt) en voorkomt dat er ooit iets goeds óf iets kwaads voortkomt uit datgene waarin ze participeert.

Matière et memoire

Over Memoria (Apichatpong Weerasethakul)

Apichatpong Weerasethakul – een naam om nooit onder de knie te krijgen – dreigt een van mijn favoriete regisseurs te worden. Zijn films zijn traag, de camera neemt een strategische positie in en wijkt daar niet meer vanaf, vaak minutenlang. ‘Meditatief’ is dan een veelgebruikte kwalificatie, maar dat is een vergissing. Hitchcock wist het: alleen met suspense hou je de aandacht van de kijker in dit tijdrovende medium gevangen, en deze film staat voortdurend onder hoogspanning. Wanneer volgt de volgende knal? Waarom gaat het licht ineens uit? Wat is er aan de hand? Verontrustende vragen waar je de tijd voor moet nemen, en die geeft AW.

Wat is tijd trouwens, is een andere vraag die de film aan de orde stelt. Is het verleden niet overal om ons heen aanwezig, in ons en onder ons? Ja, zelfs zodanig dat het ik, het subject, zijn macht over de materie verliest en uit elkaar valt: aanwezig als het elders is, of naast je sterft in het gras, om even later weer terug te keren.

Het is een door Bergson (en de dichter Leopold) gedeelde thematiek: de materie als datgene waar het hele verleden in is opgeslagen, in elke willekeurige steen. Wie gevoelig is, of zich inspant, kan het beluisteren en verhalen vertellen die zich op elk moment opnieuw kunnen voordoen, zolang de materie bestaat. Zo lopen heden, verleden en toekomst à la L’Année dernière à Marienbad door elkaar en dromen we niet, maar beleven we alle tijdsdimensies door elkaar heen. Althans de fenomenale Tilda Swinton doet dat in deze prachtfilm.

Billie’s brows

Over Billie (Peter Erskine)

Zag deze voor een luttel bedrag ‘vanuit mijn luie stoel’ en steunde daar ook het plaatselijke filmhuis nog eens mee (vroeger betaalde je ergens voor, tegenwoordig steun je je leveranciers).

Zeer merkwaardige structuur met een plot rond een zekere ‘Linda’, in wiens archief interviews met bekenden van de grote zangeres worden aangetroffen en die ook aanspraak maakt op onze belangstelling, maar die niet wekt, althans niet bij mij.

De film biedt wel een nieuwe kijk op Holiday. De feiten blijven hetzelfde: vanaf haar 13e aan het tippelen, zich een leven lang verslingerend aan mannen die haar slaan en exploiteren, verslaafd aan drank en heroïne, grofgebekt, gediscrimineerd, gearresteerd, in de gevangenis gegooid, op haar 44e gestorven. Intussen grote successen vierend, rondgaand in bontjassen en Cadillacs, toegejuicht in Carnegie Hall.

In deze film is ze hoe dan ook geen slachtoffer. Ze zocht het ongeluk zelf op, het trok haar aan. Ze wilde geslagen worden, was trots op een blauw oog. Dat aan die behoefte eerder misbruik vooraf zal zijn gegaan, wordt niet als verklaring gegeven, maar er ontstaat toch een interessante feministische figuur: Holiday werd wel misbruikt, maar ze koos haar mannen zelf uit en bepaalde haar eigen pad. Ze was een wilde meid; het was haar privilege om geslagen te worden.

Ze kregen haar hoe dan ook niet klein; tegen de verdrukking in bleef ze Strange Fruit zingen, haar I.M. voor gelynchte zwarten, ook wanneer mensen wegliepen omdat ze voor vermaak kwamen en niet voor drama. Ze heerste over het publiek én over haar mannen.

Wat haar zo goed maakte, wist ik al: haar onnavolgbare timing; probeer de liedjes maar eens mee te zingen. Wat haar zo onweerstaanbaar maakte, zie ik nu, waren haar wenkbrauwen, vooral haar linker, die dan eens lichte verbazing, dan weer geamuseerdheid, verleidelijkheid, afkeuring of bedachtzaamheid aantikten. Voor een man om gek van te worden. Een grootse vrouw die menig zonde op zich nam, en die voor menig man die niet tegen haar op kon is gestorven.

Nog tot 3 februari via Picl (€4,95).

Portretfoto Billie Holiday

Den Skyldige (Möller, 2017)

Still uit de film

Misschien is paranoia wel het belangrijkste psychologische motief achter Den skyldige. Agent Asger Holm moet zich via zijn hoofdtelefoon oriënteren op stemmen, voetstappen, verkeer en andere geluiden. In de meldkamer is hij het centrum van een netwerk dat hij uit alle macht probeert te beheersen, maar dat hem ook naar het leven staat. Steeds verder trekt hij zich terug in een donkere privéwereld, waar hij de normen van het systeem dat hij dient op afstand kan plaatsen en hij oog in oog met zijn eigen moraal komt te staan. Pas door het idee dat aan zijn verantwoordelijkheid voor de ander geen grenzen zijn, komt hij zijn eigen fascisme – ‘Ik wilde iets verwijderen dat slecht is’ – ten slotte te boven.